so:text
|
Het prikkelende wisselvallige voorjaarslicht viel door de schuingeplaatste dakvensters in de ruimte. Hier gebeurde iets voor mij dat diep in mijn kleren kroop. Het was alsof buiten binnen gekomen was. Er sprong een kracht uit dit werk die tot de natuur en de ruimte zelf scheen te behoren. Aan een grote pasteus geschilderde hooiopper hing een echte, zo uit het veld opgeraapte stok. In een ander schilderij dat het leven van de natuur zo in zijn kleuren en zijn schilderwijze had gevat, zat een rechthoekige spiegel die onszelf en de omgeving tot een stuk schilderkunst maakte. (nl) |